Je duikt nu alweer een tijdje en je merkt dat het je steeds meer gaat boeien!
De 3*-duikopleiding is een leergang van verdieping: in deze opleiding worden de puntjes op de i gezet en de achtergronden van wat je tot nu toe als vaste gegevens hebt aangenomen verduidelijkt. Je wordt opgeleid als ‘begeleidend duiker’. Je leert in het onderdeel Redden hoe je moet reageren bij een duikongeval. Ook leer je hoe je duikers in opleiding kan begeleiden door duiktechnieken met hen te oefenen. Tenslotte worden je recente inzichten in de decompressietheorie aangeboden. Ook de 3*-duiker duikt binnen de nultijden. Voordat het 3*-duikbrevet kan worden aangevraagd, moet je in totaal minimaal 60 duiken hebben gemaakt. De duiken uit je vorige opleidingen tellen hierbij mee, evenals de duiken die je maakt in het kader van je opleiding.
Om deel te kunnen nemen aan de opleiding tot 3*-duiker moet je:
De 3*-duiker wordt in de Engelse benaming aangeduid als Dive Master. Dit is een internationaal bekende benaming, waarvan de bevoegdheden aansluiten bij wat de NOB-3*-duiker in zijn opleiding heeft geleerd.
Als 3*-duiker sta je voor de keuze of je je verder gaat specialiseren in het duiken óf dat je kiest voor de instructiekant: de opleiding tot 1*-instructeur. Je kunt het natuurlijk ook allebei doen. De 3*-duiker kan kiezen uit alle specialisaties, inclusief Decompressieduiken en Nitrox Gevorderd.
De 3*-duiker en decompressieduiken Als 3*-duiker leer je veel over decompressie. Zo weet je straks precies hoe het zit met de effecten van herhalingsduiken, jojoën, te weinig water drinken enzovoort. Met die wetenschap kun je je eigen duikveiligheid nog verder vergroten. Mocht je dan eens onverwacht in deco raken, dan heb je voldoende kennis en vaardigheden om weer veilig boven te komen. Wil je als 3*-duiker echt geplande decoduiken gaan maken, dan bereidt de specialisatie Decompressieduiken je daarop voor. In deze specialisatie ga je die decoduiken namelijk ook echt maken; en er wordt geoefend met het gebruik van de decoboei en met het maken van luchtberekeningen. En dat laatste is bepaald geen overbodige luxe: elk jaar weer blijkt uit de ongevallenregistratie dat het goed kunnen maken van luchtberekeningen van essentieel belang is. Veel duikongevallen – met name decompressieongevallen – zijn het gevolg van een tekort aan lucht! Want je kunt natuurlijk wel mooi uitrekenen waar en hoe lang je je stops moet maken, als je geen lucht meer hebt, zul je toch naar boven moeten.
Dive Master; 3*-duiker aan de leiding Als 3*-duiker kun je alle kanten op; een van de dingen die je leert, is het begeleiden van duikers. Begeleiden van gebrevetteerde duikers tijdens een clubduik, maar ook oefenen met duikers die in opleiding zijn voor hun volgende brevet.
Als je als 3*-duiker een duiker in opleiding begeleidt, gelden de volgende regels:
De eisen met betrekking tot brevettering en begeleiding hangen dus af van het soort buitenwaterduik. We onderscheiden drie soorten: